Iedereen constateert anno 2023 dat samenwerken dé manier is om snelheid en vooruitgang te boeken in de gebiedsontwikkeling, zowel op inhoudelijk als financieel vlak .
Toch merk ik een enorme schroom om écht samen plannen te maken. Ik deel in deze blog mijn ervaring met een recente samenwerking waarbij het wél is gelukt om met zeer uiteenlopende partijen tot een integraal beleidsstuk van de provincie Utrecht te komen voor ‘groen dat evenwichtig meegroeit met de woningbouw’.
3 drempels overwinnen om tot samenwerking te komen
Ik werd onlangs geïnterviewd over het proces voor het tot stand komen van de Handreiking Nieuwe Woongebieden – groen met betekenis van voordeur tot landschap, die ik heb mogen uitwerken voor de provincie Utrecht.
Eén van de vragen was: Wat is je het meest bijgebleven van het proces? Nou, waar ik van opkeek was de homogeniteit van de samenwerkingen tot dan toe. Gebrek aan overlegmomenten tussen bepaalde groepen en binnen organisaties over het thema ‘groen bij woningbouw’ was er niet. Maar ik ontdekte dat er heel kansrijke partijen, voor zowel de inhoudelijke als financiële samenwerking, nog nooit met elkaar om tafel hadden gezeten. Hieronder mijn kijk op hoe het wél is gelukt voor de Handreiking en ik geef mijn visie op de 3 drempels die ieder voor zich moet overwinnen om van credo naar concreet te komen als het gaat om ‘samenwerking’.
Handreiking Nieuwe Woongebieden
Handreiking Nieuwe Woongebieden – groen met betekenis van voordeur tot landschap is gemaakt voor projectontwikkelaars en gemeenten om tot de juiste criteria en plannen te komen voor ‘groen’ bij uitleglocaties voor woningbouw. De basisgedachte is dat je waardecreatie op de 5 P’s: People, Profit, Planet, Place, Public moet creëren in al het groen dat je realiseert in de leefomgeving. Er worden hiervoor twee instrumenten aangereikt. Het ene instrument is De Schijf van Vijf’. ‘Groen’ zou de volgende vijf aspecten moeten omvatten: Biodiversiteit, Toegankelijkheid, Waterbalans, De Gezonde Mens en Identiteit. Het tweede instrument is De Groene Schakeltheorie. Door aaneengesloten ‘groenschakels’ te realiseren in en om een woongebied, bereik je een samenhangend systeem van water en groen, waarbij je ook waarborgt dat de inrichting van ieder niveau van groen aansluit bij de doelgroep.
Samenwerking is een vereiste als je buiten de lijnen wil kleuren
Er worden richtgetallen voor groen genoemd en er wordt op aangedrongen om ‘buiten de lijnen te kleuren’ van het bouwplot. Dat lukt alleen in co-creatie met uiteenlopende partijen en hiervoor is zowel inhoudelijke als financiële samenwerking nodig. Dat was voordat ik begon met de uitwerking van de Handreiking mijn conclusie van de huidige aanpak van ‘groen’ in onze leefomgeving:
Als hulpmiddel is een Stappenplan in de Handreiking opgenomen, waarbij Stap 0 luidt: ‘Werk criteria uit in co-creatie’. Parallel aan de Handreiking is een financieringsstrategie uitgewerkt die uitgaat van dezelfde basisgedachte als de Handreiking: waardecreatie op de 5 P’s.
DREMPEL 1 ‘Ieder mens vormt het centrum van zijn eigen leven’
Ik spreek regelmatig mensen met heel ander werk, om steeds input te krijgen voor mijn manier van werken in het ruimtelijke domein; ik werk altijd in co-creatie en volgens een Zandlopermodel dat veel overeenkomsten heeft met Design Thinking. Beide modellen hebben de volgende werkwijze: empathize, define, ideate, prototype, test (meer over het model aan de hand van het succes van de Maxi Cosy). Bij elk project begin ik met me inleven (empathize) in de situatie van de betrokkenen. Wanneer zij met elkáár moeten samenwerken, begint het proces er logischerwijs mee dat zij zich in elkaars situatie inleven. Waarom dat schijnbaar veel moeite kost, vertelde psychotherapeut Jens Leth onlangs in een gesprek over het AM Landskab Zandlopermodel: “Het is niet zo gek dat mensen moeite hebben met empathisch inlevingsvermogen. Dat is namelijk niet hetzelfde als goed luisteren of medeleven tonen. Empathie betekent, dat jij écht in staat bent om je in te leven in andermans leven en emoties. Aangezien ieder mens het centrum van zijn eigen leven vormt, valt het nog niet mee om écht te begrijpen hoe het is om een ander leven te leiden, met andere normen en waarden.”
Toen ik voor de Handreiking Nieuwe Woongebieden met verschillende mensen sprak over hun kijk op de brede meerwaarde van groen, merkte ik dat wederom. Mensen uit natuur- en milieuorganisaties begrepen niet dat dieren en planten niet onmiddellijk de belangrijkste plek krijgen in groen: ‘De Schijf van Vijf is teveel vanuit de mens geredeneerd’. Mensen uit de sociale sector zien het terugdringen van eenzaamheid, burn-out en depressiviteit onder jongeren als de voornaamste taak van de (groene) leefomgeving: ‘Het gaat om ontmoetingsplekken, niet om biodiversiteit’. En de projectleiders voor woningbouw zien een richtgetal voor groen als een enorme donkere wolk boven hun hoofd hangen, ‘want dat krijgen we financieel nooit voor elkaar en er moeten snel veel woningen gebouwd worden’. Ieder zijn belang, ieder zijn taak die in het (werk)leven van die persoon het logische centrum vormt. Hoe kom je dan met elkaar tot een gedragen product, een Handreiking die werkt?
Er is maar één manier om te oefenen met empathisch vermogen om zodoende te komen tot wat ik als ‘de gemeenschappelijke noemer’ bestempel. Dat is door met elkaar in dialoog te gaan.
Veel mensen beseffen dat. Drempel 1 is dus overwonnen, fijn! Maar waarom vindt de dialoog tussen al die verschillende partijen die te maken krijgen met ‘woningbouw en groen’ dan niet plaats?
DREMPEL 2 ‘Het voelt fijn om in je comfort-zone te blijven’
Daarom hebben we nóg een drempel te overwinnen. We moeten ook nog ‘out of the comfortzone’.
Bedoel ik daarmee dat we met z’n allen moeten gaan bungeejumpen of op een podium gaan staan zingen om een goede samenwerking te krijgen? Nee (al zou dat vast een goede bijdrage leveren aan de teambuilding)! Het is eigenlijk veel eenvoudiger. Om tafel gaan zitten met de mensen die je normaal niet spreekt, blijkt lastig te zijn. Er wordt van iedere partij verwacht dat er geen raakvlakken zijn, of het voelt fijner om met mensen te spreken waarmee je ‘op één lijn zit’, zodat er geen ruzies of misverstanden kunnen ontstaan. Maar daar ga je geen stappen mee zetten. Pas als de dilemma’s op tafel komen is er een kans dat je samen een oplossingsrichting vindt en dan pas heeft een Handreiking met handvatten, instrumenten en een stappenplan zin. Anders gaat er niets van gebruikt worden, juist vanwege de onopgeloste dilemma’s.
Voor de Handreiking Nieuwe Woonomgevingen zijn, naast veel kruisbestuivingen tussen overheden en de disciplines ‘landschap’ en ‘wonen’, de volgende partijen letterlijk met elkaar om tafel gaan zitten om de opzet en mogelijke inhoud van de Handreiking te bespreken: Natuurorganisaties, LTO, Collectieven voor Agrarisch Natuurbeheer, Federatie particulier grondbezit, bewonersgroepen, projectontwikkelaars, Staatsbosbeheer en de adviseur voor ruimtelijke kwaliteit van de provincie. De partijen gaven aan dat ze elkaar voor geen enkel thema, beleidsstuk of plan ooit hadden gesproken. Nu wel, drempel 2 overwonnen!
Toen volgde de volgende stap in het proces; commitment om de Handreiking vast te laten stellen.
DREMPEL 3 ‘De westerse maatschappij werkt vanuit lineaire denkpatronen’
De Handreiking was voor mijn gevoel klaar om bestuurlijk vastgesteld te worden. Er waren van alle kanten positieve geluiden, er was draagvlak voor de handvatten, instrumenten en het stappenplan, maar omdat het werken volgens deze instrumenten nieuw is, kwamen er ook vragen. “Wat moet je precies doen om antwoord te geven op de Schijf van Vijf, wat te doen als het richtgetal niet gehaald kan worden, kan het niet in een ‘smart format’ gegoten worden, kunnen we toe naar een afvinklijstje? Wellicht nodig om dit te doen alvorens de Handreiking definitief te maken.” Nou nee, want daar bereik je géén kwaliteit mee. Ieder plek is anders, de mensen zijn anders, de bestaande water-, groen- en padennetwerken zijn anders, de potentie en de baten per gebied anders. Bovendien, dat de Handreiking klaar was om bestuurlijk vastgesteld te worden, was voor mij niet hetzelfde als dat deze ‘af’ was. Volgens het principe van mijn eigen AM Landskab Zandlopermodel is een Handreiking pas af wanneer de instrumenten en het stappenplan getest zijn in de praktijk, met alle partijen die erdoor geraakt kunnen worden of input kunnen geven.
De stappen van empathize, define, ideate, prototype en test kunnen anders uitvallen in de praktijk. De stappen geven input aan elkaar, het is dus geen lineair proces volgens het lineair denken. Het is een proces dat gebaseerd is op conceptueel denken waarbij je een idee hebt, de omgeving laat inwerken op het uiteindelijke resultaat, dwarsverbanden legt die er eerst niet waren en waarbij je dus van tevoren de uitkomst van het proces niet kent. Iets vooraf niet ‘in beeld’ hebben, uitkomsten niet exact kunnen berekenen of bedenken, dat is iets wat we in onze westerse maatschappij lastig vinden. Toch wint conceptueel denken, bijvoorbeeld ‘organisch werken’, steeds meer terrein. Al is het maar vanwege het feit dat inspelen op veranderende omstandigheden tegenwoordig meer zekerheid geeft dan een vastomlijnd plan, dat bij veranderde omstandigheden volledig de plank mis kan slaan en dus heel veel onzekerheid geeft.
Ook deze derde drempel, de gewoonte om lineair te denken, is overwonnen. Er is een ‘testjaar’ afgesproken. De Handreiking wordt nu vastgesteld en daarbij ook het oefenen in de praktijk gedurende een jaar, volgens een globaal vervolgstappenplan met monitoringsmomenten. In co-creatie uiteraard.
Wil jij ook het AM Landskab Zandlopermodel leren toepassen in je eigen projecten?
Kom dan naar de masterclass van Anne-Mette Andersen ‘In 3 stappen naar succesvolle co-creatie’ op dinsdag 28 maart 2023 in Utrecht.
Anne-Mette Andersen draagt tijdens deze dynamische masterclass haar kennis over via talrijke praktijkvoorbeelden van projecten waarbij proces en resultaat van een ruimtelijk project, juist zonder een traditionele aanpak, beter zijn geslaagd. Je ervaart waarom ‘het omgevingscanvas’, ‘klankbordgroepen’ en ‘enquêtes’ tegen je kunnen werken en je maakt kennis met effectieve en verrijkende tools zoals een ‘digitale estafette’.
Zie In 3 stappen naar succesvolle co-creatie voor aanmelden en meer info.